Symphytum officinale

Smeerwortel is een geneeskrachtige plant die bij heel veel kwaaltjes van pas komt en al zo lang wordt ingezet bij wonden en botbreuken dat de geschreven geschiedenis ervan terug gaat tot de oude Grieken. Het heet niet voor niets zo, de wortels bevatten veel slijmstoffen en voelen daardoor kleverig aan. En het zijn die slijmstoffen die we graag willen, net als de allantoïne, fenolzuren en de vele andere stoffen die de wortels bevatten. Smeerwortel werkt wondhelend, huid- en slijmvliesherstellend, verzachtend (door de slijmstoffen en allantoïne), ontstekingswerend (door rozemarijnzuur en andere fenolzuren) en regenereert beschadigd bindweefsel.

De smeerwortel die wij gebruiken oogsten we in onze zeepkruidentuin in ons geliefde Wickenburghse bos. We oogsten de wortel rond november, wanneer er bovengronds van de plant bijna niks meer over is. Juist in deze tijd zit de kracht meer in de wortels.

Onze comfreyzeep (comfrey is Engels voor smeerwortel) zit natuurlijk vól smeerwortel. Het bevat smeerwortelmaceraat en gedroogde gemalen wortel, dat voegen we toe vlak voor het opgieten van de zeep. Dat geeft de zeep ook zijn typische mooie grijsbruine kleur. Op ons blog staat beschreven hoe we de smeerwortel oogsten.

Smeerwortel zit in: comfrey